Het is in Nederland verboden om iets te bouwen. De wet staat er vol mee. Tenzij je een vergunning aanvraagt. Als iets vergunning plichtig is, is het een verbod. Daar komt nog eens bij dat de overheid meer de regie in handen wil nemen. Er is zelfs een nieuw ministerie: het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Meer centrale planning, want mensen zijn blijkbaar niet in staat om zelf te bepalen en waar ze willen wonen, werken en recreëren volgens de overheid. Meer regelgeving, en dat terwijl het aantal opgeleverde nieuwbouwwoningen op het laagste aantal in jaren staat.
Centraal in de ruimtelijke ordening staan Omgevingsplannen (voorheen bestemmingsplannen). Omgevingsplannen zijn een grove inbreuk op het eigendomsrecht. Een libertair perspectief op de ruimtelijke ordening: je mag alles met je eigendom doen wat je wil, zolang je geen aantoonbare schade aan anderen berokkent.
Strijd om de ruimte: Laat vraag en aanbod om de ruimte vrij
In economische zin weet iedere libertariër: laat de markt vrij en je zult zien dat vraag en aanbod in evenwicht komen en dat goederen, middelen en kapitaal op het juiste moment op de juiste plek terecht komen. Iets wat per definitie niet kan als de overheid de markt in handen neemt of sterk reguleert, zoals nu het geval is. Vraag en aanbod is een delicaat spel waarbij iedere schakel in de keten tot in detail zijn eigen beslissingen in vrijheid zou moeten kunnen maken om er voor te zorgen dat vraag en aanbod in evenwicht komen.
Dit principe kan ook worden toegepast op de strijd om de ruimte in Nederland. Door de flinke sturing in de ruimtelijke ordening en de vele vergunningplichten is er op dit gebied van een vrije markt geen sprake. Overheden staan bij hoge uitzondering ontwikkelingen toe of wijzen gebieden aan waar onder vele strenge voorwaarden gebouwd mag worden. Hierdoor kan er simpelweg niet aan de vraag worden voldaan omdat de overheid bewust het aanbod klein houdt. Op vele (agrarische) gronden bijvoorbeeld is het niet-kansrijk om een vergunning te verkrijgen. En als er dan initiatiefnemers zijn die iets willen ontwikkelen, dan krijgen ze het ambtenarenapparaat van de gemeente, provincie en soms ook de rijksoverheid over zich heen. Waar raadsleden en gedeputeerden over de schouder meekijken omdat zij degene zijn die alle regels en voorwaarden hebben aangenomen.
Grove inbreuk eigendomsrecht
Er wordt tot in detail bepaald wat je wel of niet met jouw eigendom mag doen. Tot de hoogte en de plaats van je schutting aan toe. Dit is in strijd met het libertaire principe dat je alles met jouw eigendom zou moeten kunnen doen wat je wilt, zolang je maar geen aantoonbare schade aan anderen berokkent en ook niet diezelfde vrijheid bij anderen wegneemt. In Nederland komt er ook nog eens een strenge welstandscheck over je bouwplan heen. Waarbij er aan zeer subjectieve criteria wordt getoetst.
Enige voorwaarde: geen aantoonbare schade
Het vrijlaten van de ruimtelijke ordening en het bouwen betekent niet dat er helemaal geen regels zijn. Deze zouden zich slechts richten op aantoonbare overlast en schade. Milieuregels met betrekking tot o.a. geluid, geur, stof en gevaarlijke stoffen zullen blijven bestaan. Dit zijn objectieve criteria waar je kunt spreken van aantoonbare schade als er één van die milieuaspecten tot een te hoog niveau uitkomt.
Dit basisprincipe zou ook vele (vaak onterechte) vertragende bezwaren en beroepsprocedures kunnen verminderen. Een grote ergernis van ontwikkelaars op dit moment. Een beroepszaak kan een aantal jaren duren, ook vanwege drukte bij de rechtbanken. Ieder simpel bouwplan wordt tot aan de hoogste organen uitgevochten, met vele jaren vertraging en soms afstel tot gevolg.
Ambtenaar laat haar bezwaar afkopen Een schrijnend voorbeeld is een bouwplan voor woningen op de Müllepier in Rotterdam. Daar is beroep tegen ingediend. Het bezwaar van een omwonende ging over een inrit van een parkeergarage. Daar zou deze bewoonster zicht op hebben. Mevrouw was na vele gesprekken én oplossingen alleen bereid haar bezwaar af te laten kopen. De ontwikkelaar én nieuwe kopers (die tot de oplevering met dubbele woonlasten zitten) lopen zware financiële verliezen en de inhoud van het bezwaar staat niet echt in verhouding tot de vertraging en verliezen. De bezwaarmaakster heeft haar bezwaar laten afkopen voor maar liefst 4 ton(!). Saillant detail: de bezwaarmaakster op de Müllepier werkt op het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en is daar betrokken bij woon- en huurbeleid. Haar taak is om de woningbouw te bevorderen, maar als ambtenaar weet ze de weg naar de hoogste organen en weet ze wat voor financiële gevolgen dit heeft voor de ontwikkelaar én de nieuwe bewoners. Zicht hebben op een inrit zou in een libertaire samenleving geen aantoonbare schade zijn zou je zeggen. Dit soort gevallen zouden dan voorkomen worden. |
De ruimtelijke ordening is geen taak van de overheid
Uiteindelijk is het in ieders belang dat de ruimte goed en efficiënt wordt ingericht. Er is voor iedere grondbezitter en eigenaar een grote stimulans om er geen rommeltje van te maken. Op dit moment is de ruimtelijke ordening helaas een zwaar gepolitiseerd onderwerp. De overheid is slechts een tussenpersoon tussen de gebruiker van de ruimte en de bouwers. Zaken als mooi of lelijk zijn zeer subjectief en al helemaal niet door de overheid te bepalen. En als mensen bijvoorbeeld bepaalde landschappen in stand willen houden zijn ze vrij om (gezamenlijk) die gronden te kopen zodat ze de landschappen kunnen beschermen. Voor een fijne leefomgeving hoef je niet meer naar de overheid te kijken . De grens zou moeten liggen bij dat er geen aantoonbare schade of overlast voor anderen mag zijn en dat anderen hun eigendommen moeten kunnen blijven gebruiken zoals ze zelf willen