De overheid kost de burger op allerlei manieren geld. Dat doet zij op directe en indirecte wijze. Direct via belastingen en verplichte winkelnering. Indirect via bijvoorbeeld inflatie, maar ook door regulatie. Deze verborgen kosten worden mijns inziens vaak onderbelicht. In een aantal sectoren klagen de werkenden al jaren over de tijd die zij kwijt zijn aan randzaken: denk aan de zorg en het onderwijs.
Zelf werk ik in finance (I got bills to pay and kids to feed), en een mens wordt helemaal gestoord van de hoeveelheid tijd die compliance, risk en legal kosten. Ik wil geenszins zeggen dat er medelijden gevoeld moet worden voor deze veel te grote, grotendeels onnodige, en overdreven kostbare sector. Ik wil een kleine analyse van de kosten, in werknemers en geld, van regulatie in finance geven. Deze zijn significant en de de verbetering van de welvaart is volstrekt onduidelijk.
Ontwikkelingen
Volgens een rapport van de Boston Consulting Group uit 2018 kost de naleving van regelgeving in de bankensector wereldwijd zo’n $270 miljard per jaar (rond de 4% van de operationele kosten). Het is niet bekend hoeveel van deze kosten voor rekening komen van de Nederlandse financiële sector, maar het is aannemelijk dat deze kosten ook in Nederland aanzienlijk zijn. Ik denk dat het redelijk is om aan te nemen dat we in Nederland eerder boven het gemiddelde zitten dan onder. Daarnaast zijn er na publicatie van dit onderzoek grote nieuwe reguleringsrondes geweest. Een specifiek voorbeeld van regelgeving die de kosten van naleving heeft verhoogd, is de Vijfde anti-witwasrichtlijn (AMLD5), die in januari 2020 in werking is getreden en ook in Nederland van kracht is. De AMLD5 introduceert nieuwe verplichtingen voor financiële instellingen, waaronder een verplichting om Ultimate Beneficial Owners (UBO’s) te identificeren en te verifiëren. Bovendien moeten financiële instellingen nu ook Politically Exposed Persons (PEP’s) en personen uit hoog-risicolanden nauwkeuriger screenen en monitoren. Dit valt allemaal onder de nieuwe Know-Your-Client (KYC) processen.
Gevolgen in Nederland
Verschillende Nederlandse banken hebben boetes gehad voor ontoereikende checks op witwassen. Zo heeft ING voor €775 miljoen geschikt in 2018. De ABN heeft 2 jaar geleden een boete gehad van €450 miljoen. De Rabo is op de vingers getikt, en heeft nog anderhalf jaar om orde op zaken te stellen. Bij de Rabo waren 6.400 mensen bezig met dit dossier, bedroegen de kosten over het eerste half jaar van 2022 €294 miljoen, en moet er nog eens €249 miljoen bij. Minimaal een half miljard per jaar, maar waarschijnlijk 100 miljoen meer. KPMG kwam tot 15% van de werknemers en verdere kosten in de vorm van investeringen in technologie.
De kosten worden vanzelfsprekend doorberekend (zie de figuur hierboven), het openen (of het hebben) van een rekening wordt steeds moeilijker of zelfs onmogelijk, en het zorgt voor competitie op de arbeidsmarkt. Dit zijn allemaal kosten, waarvan de baten ook nog eens volstrekt onduidelijk zijn. Het is lastig om de kosten van de ergernis en moeite die het verkrijgen danwel behouden van een rekening te berekenen, maar het gaat tenminste om miljarden per jaar en over meer dan 10.000 werknemers. Let wel, dit gaat alleen over het KYC dossier.
‘Ongebruikelijke’ transacties kosten een hoop energie en tijd, terwijl justitie vervolgens weinig doet met de meldingen. Dan is er nog een hele trits aan andere compliance processen en trainingen die tijd, geld, moeite, en mijn goede humeur kosten. Iets voor een andere keer. Dank voor het lezen.